b) Bouwdiepte

Zie maximum profielen

1) algemene regel

De diepte van de benedenverdieping der hoofdgebouwen moet in harmonie zijn met de aanpalende gebouwen. Desbetreffende kan niet gerefereerd worden naar bestaande bouwdiepten die niet in overeenstemming of storend zijn met de omgeving.

2) bouwdiepte bij verkaveling of bij nieuwbouw op reeds gevormde percelen

  • benedenverdieping:
    bij percelen met een diepte van 30m en minder:
    maximum bouwdiepte 13,00m.
    bij percelen met een diepte van méér dan 30m:
    maximum bouwdiepte 17,00m

  • bovenverdieping(en):
    minimum bouwdiepte: 9,00m

  • maximum bouwdiepte: zie maximum profielen en de bepalingen van artikel 1, hoofdstuk II, deel 1, 3. b en c hiervoor

 

Opmerking:
Bij percelen welke slechts gedeeltelijk in de woonzone zijn gelegen, geldt enkel de diepte van die woonzone ter bepaling van de bouwdiepte.

3) bouwdiepte bij aanbouw aan bestaande bebouwing

Bij aanbouw aan de bestaande gebouwen waarvan de bouwdiepte deze van de maximum – profielen overtreft kan, om de toetreding van licht en lucht te bevorderen, de bebouwing van de benedenverdieping inzake oriëntering op de meest gunstige wijze worden uitgeput, zonder evenwel de maximum toegelaten bouwoppervlakte te overschrijden.

De bouwdiepte der bovenverdieping(en) bedraagt minimum 9,00m en wordt als maximum begrensd door de verbindingslijn tussen twee punten, gelegen op 2m achter de achtergevel van de aanpalende gebouwen, gemeten op de perceelgrens, waarbij echter de maximum bouwoppervlakte (gevelbreedte x maximum bouwdiepte) niet wordt overschreden en er rekening wordt gehouden met de bepalingen van

artikel 1, hoofdstuk II, deel 1, 3. b en c hiervoor.