Nota van Toelichting (afwijking gewestplan)
Inleiding
Met het BPA AN 16 'Slachthuis en omgeving' wil het Stadsbestuur de gunstige voorwaarden creëren tot ruimtelijke en sociaal-economische heropleving van de buurt die nood heeft aan nieuwe impulsen. Het bijzonder plan van aanleg is achterhaald. Mits een kleine bijsturing (afwijking op het gewestplan) kan het huidig projectvoorstel, dat na grondige studie van de site en omgeving geënt is op de eigenheid van de buurt, kansen openen tot voortzetting van een traditie in de wijk Dam die 120 jaar geschiedenis achter zich heeft.
Dit BPA biedt een uitweg. De situatie is zeer accuut omdat het huidige slachthuis niet meer voldoet aan de IVK-normen. De activiteiten zouden ten einde lopen op 30 juni a.s .. Tien gevestigde bedrijven op de site moeten dan geherlocaliseerd worden. Met het behoud van de schapenslachterij, de inrichting tot een nieuw slachthuis en de herinrichting van een hall tot modem snijzalencomplex in eerste fase garandeert het vooropgestelde project een aanzet tot de heropleving voor de economische sector van vleesverwerking en -verhandeling.
Dit plan is nu, conform de projectontwikkeling, in eerste fase beperkt opgevat in oppervlakte: het is beperkt tot de site van het slachthuis en omliggende private bedrijven die een concessie hebben lopen van 30 jaar en zwaar investeerden in hun bedrijf. Op dit ogenblik zijn er nog te veel onzekerheden over de toekomst van het Lobroekdok, het spoorwegemplacement, de werken aan de singel, de ontsluiting van het gebied, de verbreding van het Albertkanaal, ... De complexheid van deze ingrepen in deze stedelijke ontwikkelingszone mag niet beletten dat de kansen die er nu zijn voor het slachthuis verschillende jaren opzij geschoven worden. Wordt er gewacht op een totaalvisie op het hele gebied, dan zou het Stadsbestuur impliciet getuigen van een 'onbehoorlijk' bestuur: de grote onzekerheid werkt alleen leegstand, verkrotting en verdere terugval van de buurt in de hand.
De huidige invulling zal in een volgende fase geen hypotheek leggen op de toekomstige ontwikkelingen. Het Stadsbestuur opteert ervoor om een stedenbouwkundige wedstrijd uit te schrijven voor het spoorwegemplacement en omgeving. Het uitwerken van een proeverijtoren en nevenactiviteiten op de slachthuissite zal hier deel van uitmaken. De huidig gekozen invulling van de site wordt als randvoorwaarde meegegeven in om het even welke globale visie-ontwikkeling. Alleen wordt met dit BPA de trein in gang gezet om vandaag reeds de buurt de goede injecties te geven.
Het stadsbestuur kiest er niet voor om de buurt aan haar lot over te laten, maar kiest wel voor een ingrijpen in situ, zodat huidige ondernemers op de site kunnen blijven en het hele terrein zo snel mogelijk hergebruikt wordt. De verkeersimpact zal niet wijzigen en op het terrein is voldoende parkeerruimte voor de voorziene activiteiten. Het ombouwen van de hallen impliceert een grondige interne herinrichting, een kleine wijziging aan het bouwvolume en een externe vernieuwing beperkt tot een opfleuring van de wanden en vervanging van het dak .
1. Voorgeschiedenis tot huidige opmaak van het BPA AN 16 "Stedelijk Slachthuis en omgeving"
Reeds in de gemeenteraadszitting van 3 september 1979 is beslist over te gaan tot de herziening van het BPA AN 16 "Stedelijk Slachthuis" in het kader van het structuurplan Dam. De herziening is aangevraagd en goedgekeurd bij KB van 4 december 1979. Het aanvankelijk BPA AN 16, goedgekeurd bij KB op 30 oktober 1951 en gewijzigd bij KB op 26 september 1955, bleef sindsdien nog ongewijzigd.
Het gewestplan Antwerpen, vastgesteld bij KB van 3 oktober 1979, voorziet een zone voor openbaar nut. Reeds 120 jaar is hier het stedelijk slachthuis gevestigd omringd door nevenactiviteiten in de vlees sector (verwerking en groothandel). In de gemeenteraadszitting van 29 juni 1998 (jaarnummer 769) heeft het Stadsbestuur beslist een onderzoek te laten uitvoeren met het oog op de toekomstige ontwikkeling van het slachthuis en de financiële haalbaarheid van de noodzakelijke investeringen om in orde te zijn met de milieuwetgeving. KPMG voerde deze opdracht uit en in zitting van 15 april 1999 (jaarnummer 5565) gaf het College aan Burgerzaken de opdracht om de diverse scenario's te onderzoeken. Het bedrijvencentrum NOA nv is aangesteld als coördinator en projectontwikkelaar. Het College wees een aanvullende auditopdracht toe aan KPMG in haar zitting van 26 augustus 1999 (jaarnummer 11700). Inmiddels heeft ook het stadsbestuur in de collegezitting van 23/09/99 en de gemeenteraadszitting van 11/1 0/99 beslist de procedure tot de opmaak van een gemeentelijk Structuurplan op te starten. In dit kader kan het bestuur ook door middel van dit BPA een afwijking op het gewestplan voorstellen.
2. Motivatie tot afwijking van het gewestplan Antwerpen via gedeeltelijke herziening
De opmaak van het nieuw ontwerp voor het BPA AN 16 "Stedelijk slachthuis en omgeving" kadert in de recente beslissing van het Stadsbestuur en de gewenste projectontwikkeling voor de buurt. De redenen tot opmaak, in opvolging van het KB tot herziening van 4 december 1979, zijn:
1. De bestemming 'zone voor openbaar nut' van het gewestplan Antwerpen is gedeeltelijk achterhaald gezien de toekomstige sluiting van het huidig slachthuis in beheer van de Stad en de gewenste herinvulling van het terrein.
De bestemming 'zone voor aaneengesloten woningbouw' langsheen de Ceulemansstraat in het oorspronkelijk BPA is volledig gerealiseerd en als woonzone te behouden.
Op basis van de studies, de terreinverkenning, de contacten met betrokkenen in het projectgebied en de afweging van de kansen, kosten en baten heeft het College in haar zitting van 18 november, 1999 (jaarnummer 16693) besloten dat het stedelijk Slachthuis gesloten wordt op 30 juni 2000:
Een sociaal en economische opwaardering van de wijk Dam - Slachthuis staat voorop.
Aansluitend bij de kleinschalige horecazaken in de omliggende straten wordt ervoor geopteerd om de drie hallen een invulling te geven die aansluit bij de behoefte van de omgeving en de wens van de bewoners.
2. Er is een dringende nood om voor dit terrein het BPA AN 16 te herzien om de bestemming in het gewestplan Antwerpen te verfijnen en aan te passen. Het huidig stedelijk slachthuis zal sluiten, maar het stadsbestuur opteert wel voor het behoud van de slachtlijn die wordt gemoderniseerd met snijzalen aangepast aan de actuele milieunormen.
De buurt Dam/Slachthuis maakt deel uit van Antwerpen-Noord. In dit gebied met sterk sociale en economische terugval heeft het stadsbestuur reeds Urban-, SIF- en eigen middelen ingezet om het tij te doen keren. In de toekomst maakt Antwerpen-Noord ook deel uit van het Doelstelling U-gebied en van één van de actieterreinen in het kader van het grootstedenbeleid. Om de omgeving van het slachthuis op korte termijn kansen te bieden tot heropleving opent dit BPA nieuwe perspectieven die voortbouwen op het actuele karakter van de buurt. Het College nam in haar zitting van 18 november 1999 Gaarnummer16693) kennis van het projectvoorstel 'Dam/Slachthuis'.
De traditie van slachting, vleesverwerking en vlees hand el in de wijk kan worden verder gezet onder de vorm van 'groothandelsactiviteiten ' met openbaar karakter met toeleveringsbedrijven en logistieke ondersteuning aan de vleesverwerkende industrie en horeca, naast inrichtingen voor cateringactiviteiten, aansluitende opleiding en de promotie van de vleessector. Het creëren van een economische basis voor de wijk als Culinaire Agora met een potentieel aan 350 arbeidsplaatsen zal een belangrijke uitstraling hebben op de wijk want veel ongeschoolde werklozen in de directe omgeving kunnen aan de slag. Het BPA laat toe een deel van de huidige activiteiten in de vleesverwerking en vleeshandel te behouden en bezorgt een toegevoegde waarde voor de vleessector, voor de lokale horeca, voor het grote publiek en dus voor de bewoners en het imago van de buurt.
3. De nood tot aangepast ontwikkelingen is gelokaliseerd en kan enkel op de terreinen van het oude slachthuis gerealiseerd worden. Het brengt de doelstelling van het gewestplan niet in het gedrang. Het BPA speelt in op de gewijzigde omstandigheden die aangepaste voorschriften vragen om de gewenste stedelijke vernieuwing op gang te brengen.
Er wordt geopteerd voor het voortbestaan van de bedrijven in groothandel en vleesverwerking aan de rand van het slachthuisterrein, naast het behoud en renovatie van de hallen bestemd voor het slachten, de verwerking, handel en -consumptie met alle nevenactiviteiten die deze vleessector ondersteunen. In concreto zouden de hallen de volgende invulling krijgen:
Horecagroothandel waar alles te koop is wat een horecazaak nodig heeft. De groothandel in het vlees zal worden ingevuld door zelfstandige concessiehouders uit de directe omgeving. Slachterij en vleesverwerkende bedrijven (van snijzalen tot eindproductie voor de horeca). Catering met een eigen ruimte voor een 400 à 500 personen voor productpresentatie en horecabeurs, naast een ruimte voor opleiding in de horeca en inplanting van een horecahuis waar alle horecaondernemers terechtkunnen voor juridisch, fiscaal en managementadvies.
Door de urgentie die is ontstaan omdat het slachthuis op 30 juni 2000 dicht moest en omdat er rond deze wijk een groot aantal infrastructurele plannen op stapel staan (Lobroekdok, spoorwegemplacement, verbreding van het Albertkanaal, ... ) met mogelijks nog een nood aan gewestplanherziening is er gekozen om in fasen te werken.
De hallen worden nu heringericht, aangepast aan de nieuwe noden en milieuvoorwaarden om de huidige ondernemers de kans te geven te blijven en het hele terrein zo snel mogelijk te hergebruiken. De verweving van functies op de site, aansluitend op (nieuwe) kansen in de onmiddellijke omgeving wordt bewerkstelligd. Zo zien we hier een bundeling van met name sociale functies (werkgelegenheid, opleiding), economische functies (vleesverwerkende sector, distributie, ondersteunende dienstverlening en opleidingscentrum voor de horeca) en culturele functies (voortzetting van de historiek van de wijk, het culinaire aanbod met proeverijtoren). De bundeling van deze (nieuwe) dynamiek aan de rand van de binnenstad biedt dan ook naast een economische meerwaarde een ruimtelijke meerwaarde aan de omgeving, in de geest van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen.
Er zal geen mobiliteitsverandering optreden en er is voldoende parkeergelegenheid op het terrein zelf. De site is bovendien uitermate goed gelegen voor ontsluiting van de activiteiten: de nabijheid van op- en afrit van de Ring (Schijnpoort) en de Noorderlaan. Ook met de sluiting van de Ring (tracé nog te bepalen) komt de huidige locatie enerzijds en de verkeersafwikkeling voor de site anderzijds niet in het gedrang. Een distributie pool op de site voor de kleinhandel en horeca in de stad is hier goed gelegen en voorkomt zwaar(der) verkeer in de binnenstad.
De site is op max.300m afstand ook goed ontsloten via het openbaar vervoer: metrolijn 3 en tram 12 (Schijnpoortweg), stadsbussen 23, naast 19 (heen) en 20 (terug) op de Slachthuislaan, streekbus 41 en 38 (pendeluren). En de site sluit onmiddellijk aan bij de stedelijke fietsroute langs de Singel en op de geplande fietsroute naar het centrum (Centraal Station).
Het uitwerken van het concept met een proeverijtoren en nevenactiviteiten en de ontsluiting van deze zone gekaderd in de geplande infrastructuuringrepen zal voorwerp uitmaken van de wedstrijd voor het grootstedelijk gebied 'spoorwegemplacement ,en omgeving' waar de slachthuis buurt deel van uitmaakt.
|